Op vrijdag 8 oktober om 20.00 uur treedt er in
t Mosterdzaadje een bijzondere muzikale familie op.
Vader Csaba Erdös - cello, moeder Andrea Hornyák - piano
en dochter Boglárka Erdös - viool. In triovorm spelen
zij Rachmaninov en Sjostakovitsj. Voor de combinatie
viool en piano Tsjaikovsky en voor cello en piano
Sjostakovitsj en Liszt. Een avond vol belofte.
Andrea Hornyák en Csaba Erdös waren 14 jaar toen zij
op de middelbare school in Debrecen (Hongarije) het
Sonate Duo Prometheus oprichtten. De naam van het duo
slaat op het vuur en de vlammende passie waardoor hun
spel van begin af aan gekenmerkt wordt. Hun opzet was
en is nog steeds het realiseren van volstrekt
gelijkwaardig samenspel van piano en cello om de
schoonheid van het rijke aanbod aan composities te
kunnen laten tonen. Ze oogstten veel succes en wonnen
prijs na prijs en oogstten in de pers veel lof over hun
concerten. Na hun cum laude afstuderen aan de Ferenc
Liszt Academie te Boedapest volgden beiden een
postgraduele opleiding in Amsterdam en Brussel. Sinds
1991 wonen en werken zij in Amsterdam. Hun Sonate Duo
Prometheus bestaat nog steeds. Na tientallen jaren
samenspel is er een bijzondere harmonie ontstaan en
het meeslepende Hongaarse temperament maakt hun optreden
zeer geliefd.
In 1997 werd hun dochter Boglárka geboren.
Vanaf haar vierde jaar speelt zij viool. Al snel werd
duidelijk hier met een muzikaal wonderkind van doen te
hebben en kreeg zij plaats in de Jong Talent afdeling
van het Conservatorium in Amsterdam. Momenteel studeert
de 13 jarige Boglárka bij Alla Kim. Zij won al meerder
keren eerste prijzen, de laatste keer in 2010 bij de
nationale Iordens Viooldagen. Ook speelde zij al in
grote concertzalen, o.a. in het concertgebouw van
Amsterdam. Met haar ouders samen laat zij regelmatig
van haar horen. Zij opent samen met haar moeder het
concert met de betoverende klanken van de beroemde
Méditation van Tsjaikovsky. Csaba en Andrea vervolgen
met een door Liszt voor piano en cello bewerkte
Recitativ en een Romanze uit de opera Tannhäuser
van Wagner. In trio vorm volgt de korte prachtige
Elegiaque van Rachmaninov (hij schreef dit stuk als
19 jarige en won er een gouden medaille mee) en vier
stukken van Sjostakovitsj.
Na de pauze wordt eveneens
van Sjostakovitsj voor cello en piano de sonate opus
40 uitgevoerd. Dit muziekstuk schreef hij in een
roerige tijd van zijn leven. Zijn leven werd gekenmerkt
door de haat-liefde verhouding tot het Sovjet regiem.
Deze sonate schreef hij vlak voordat hij in ongenade
viel bij de Sovjet leiding. Zijn muziek werd als te
bourgeois en te decadent veroordeeld. Persoonlijk
zat hij in de problemen door de scheiding met zijn
vrouw Nena. Maar dat komt uiteindelijk weer goed want
hij trouwde een jaar later opnieuw met haar.
Een citaat uit het boek dat Krzystof Meyer over het
leven van Sjostakovitsj schreef.
Ik schrijf muziek; die muziek wordt uitgevoerd. De
mensen kunnen ernaar luisteren. Wie hore wil, die
hore. Tenslotte zeg ik alles in mijn muziek. Die
heeft geen historische en hysterische commentaren
nodig. Alle woorden over muziek zijn per slot van
rekening minder belangrijk dan de muziek zelf. Als
iemand daar anders over denkt, heeft praten met
hem geen zin.
Aldus Dmitri Sjostakovitsj.
|